Alpe d'HuZes/Mathijs Douwe Team

Ter nagedachtenis aan Mathijs, 18 mei 2008 op tien-jarige leeftijd overleden aan de gevolgen van een hersentumor.





donderdag, mei 22, 2008

Aan Mathijs



Woensdag 21 mei. Geschreven aan je bed, waar jij stil in ligt.



Lieve, lieve schat,

Wat mis ik jouw gezelligheid nu al. Je bent zo lief, zo denkend aan anderen, zo gezellig, zo rustig, zo bedachtzaam, zo … alles!

Nooit meer een knuffeltje van jou.
Nooit meer stoeien met jou, daar hield je zo van.

Je had zo’n speciaal lachje als ik achter jou aan rende. De laatste keer dat we ‘pakkertje’ speelden was twee weken terug in Noordwijk. Het ging moeizaam, want je evenwicht was slecht en je kon al niet zo goed meer lopen. Maar je gooide het laatste beetje energie in de strijd. Man, wat een doorzettingsvermogen.

Nooit meer jouw humor.
Nooit meer jouw nuchtere opmerkingen.
Nooit meer samen een potje voetballen buiten.
Nooit meer spelletjes doen.

Hoe moet dat nu allemaal lieve schat?

De laatste tijd zat je in een rolstoel. Je was te moe om te lopen, te zwak en te wankel. Eerst heb je begin maart je keyboardles opgegeven. Het kostte je te veel energie. Vervolgens werd school niet meer belangrijk (eind maart). En als laatste ging je niet meer naar voetbal. Zaterdag 5 april stond je voor het laatst in het doel van de F4 Buitenboys.

7 april kreeg je een maagsonde. Je had die dag erge hoofdpijn. De ingreep ging goed, maar het natraject was veel zwaarder dan jij en wij hadden verwacht. Je vond het erg eng, zo’n slangetje in je buik. Je hebt ongeveer anderhalve week als een dood vogeltje in bed gelegen. De hoofdpijn nam de weken daarna ook niet af. Dus heb ik om een sterker middel gevraagd. Vanaf eind april kon ik je druppeltjes via de maagsonde toedienen die de pijn (tijdelijk) verlichtte.

Niet meer naar school willen. Je vond het wel best. Dat is niets voor jou, strevertje! Je kon niet meer. En die lastige maagsonde… De dagen komen we door met in de rolstoel uitstapjes maken naar de supermarkt of naar de stad. Dat zijn uitjes waar je naar uitkijkt, “daar heb ik zin in, mam!”

Eind april gaan we een weekend naar de camping. Ook wel confronterend. Je kunt daar niet zoveel. Het beperkt zich tot een ritje in je rolstoel over de camping of een boodschap doen in Holten. Op verzoek van jou gaan we daar met de rolstoel de dierenwinkel in waar jij de dieren aandachtig bekijkt. Vervolgens eten we samen een Italiaans ijsje. Lekker, van die kleine dingen geniet je intens. Bij de slager stap je even uit je stoel om de vleesjes te bekijken. Je kan echt watertanden bij het zien van lekker eten, ook al eet je zelf zowat niets meer. De barbecueschotel voor opa’s verjaardag – die we ook op de camping vierden – heb ik wel 10 keer uit de koelkast gehaald. “Mam, mag ik even zien wat we eten straks?”

In mei opnieuw ‘op vakantie’, nu naar Noordwijk. We hadden prachtig weer daar. Helaas had jij veel last van het licht, dus zat je het liefst binnen met de gordijnen dicht. Lieverd, wat moest je veel inleveren. En dan toch nooit zeuren! Vanuit Noordwijk hebben we veel uitstapjes gemaakt. Je genoot op jouw manier maar was erg moe. En die vervelende hoofdpijn kwam ook regelmatig de kop opsteken. Het begon ons op te vallen dat je dingen niet zo goed meer kon onthouden. Zo had je samen met papa een moederdagcadeautje gekocht maar een dag later wist je niet meer wat. Dat vond je erg vervelend. Het was een prachtige, witte lantaarn voor een kaarsje. Het kaarsje brandt nu beneden naast jouw foto. Toen je op moederdag het cadeau aan mij gaf zei je mij: “mam, ik hoop dat je nog heel lang moeder mag zijn”. Ik had jouw droom zo graag uit zien komen. Dit doet pijn.


Liefs van je mama, voor altijd.